Volgers, meld je aan als volger, gebruik de link hierboven

zondag 29 augustus 2010

Freek surft in de modder

'Hij zit er nu al twee weken en laat niets van zich horen.' Irgend sprak met José door haar mobiel. Terwijl ze belde keek ze door het raam van wat ooit hun droomhuis had moeten worden. In de port a cabin in de tuin zat haar man. Het enige dat zij zag was zijn rug. Hij zat voorover gebogen aan de tafel. Zoals elke avond zat hij achter zijn laptop. José had Irgend gebeld nadat zij een sms gestuurd had met de tekst 'ben wanhopig'. Ik weet echt niet meer hoe ik hier uit moet komen, had ze José verteld. Wat ik ook doe, hij reageert niet. 'Ook als je een mail stuurt? Reageert hij daar ook niet op? En de kinderen dan?' José kon zich niet voorstellen dat Freek zijn kinderen niet zou spreken. 'Nee, die wil hij ook niet zien. Ik snap er niets van,' snikte Irgend.

'Maar ik heb een idee,' José fluisterde bijna, 'ik kan zijn IP-adres oppikken en via een vriendje kan ik zijn surfgedrag uitpluizen, althans als hij via jullie aansluiting internet.' Irgend wist niet beter dan dat Freeks laptop op de familie-router was aangesloten. 'Mooi, ik zal Jack vragen of hij morgen bij je langs kan komen. Hij is niet alleen goed in bed, maar ook met computers.' José lachte haar verleidelijke kirlachje. 'Maar wat moet ik dan met zijn surfgedrag, ik wil gewoon dat hij met me praat. Ik hoef toch niet te weten welke sites hij bezoekt?' José sloot het gesprek af met de opmerking dat Irgend haar maar moest vertrouwen. Een half uurtje later sms'te José dat Jack ging helpen, morgen zou hij langs komen aan de Westerwoldlaan.

Jack had maar een kwartiertje nodig. Hij gaf Irgend een lijstje met sites. Eigenlijk alleen maar zakelijke contacten zag ze. Hier werd ze niet wijzer van. 'Maar, hier heb je misschien iets aan. Kijk, een paar communities waar Freek actief op is. Daar kun je hem misschien treffen.' José had het haar uitgelegd, een account aanmaken, een identiteit invullen en je had contact met hem. 'Hij zit veel op een site die www.keepPassingtheopenwindows.nl heet. Hij krijgt mailtjes van die club en hij chat met een paar leden van die groep. Ik zou daar eens kijken.' Irgend kende een nummer van Queen dat zo heette. Ze neuriënde het deuntje, toch die oude lp's eens zoeken, bedacht ze. Jack had haast om weg te komen, hij zou José nog bezoeken. Irgend lachte en vroeg hem haar vriendin hartelijk te bedanken. 'Ik doe het wel in natura,' antwoordde Jack snedig.

Het lijstje met sites bleef een tijdje op de tafel liggen. Irgend zuchtte. Het huis was helemaal klaar, de inrichting in orde, dit was eigenlijk het moment om de housewarming te regelen. Maar veel zin in een feestje had Irgend niet. Ze bleef liever alleen thuis; ze ontweek contacten met vrienden en kennissen. De regen die augustus met zich mee bracht, kletterde naar beneden. Freeks port a cabin stond nu in een vijver. Hij had een plank over de modderplassen gelegd. Zijn laarzen stonden omgekeerd voor de deur. In de Volvo stonden zijn Van Bommels. Hun relatie zonk weg in de modder. Zuchtend pakte zij het lijstje en toen nam ze een besluit.

zondag 22 augustus 2010

Billen knijpen op Noorderzon

'Maar waarom heb je het hem verteld? Dat was toch niet nodig?' José schoof op haar bankje heen en weer. Het Dommelsch-biertje dat ze met veel geduld had weten te bestellen bij de ober, was bijna op. 'Jij nog een?' Irgend knikte. Als zij maar niet door de drukte van de Noorderzon hoefde te ploegen om een drankje te bemachtigen aan de bar. Zij paste wel op het bankje. José baande zich een weg door mensenmassa. De temperatuur op deze augustusavond lag op festivalwaarden. De halve stad slenterde door het Noorderplantsoen waar het jaarlijkse openlucht zomerfestival plaats vond. Irgend was er elk jaar enkele avonden te vinden. Soms met Freek, met de kinderen of zoals nu met een vriendin, José. Even lekker de boel de boel laten en rondlopen alsof je nog vierentwintig bent. Freeks frons was diep geweest toen hij hoorde dat ze met José het festival zou bezoeken. 'Als je maar niet naar haar adviezen luistert.' Dat was zijn enige commentaar. Als een klein meisje antwoordde Irgend dat ze het niet te laat zou maken.

José keerde terug met vier wit biertjes. 'Dan hoef ik niet nog een keer door die meute. Gatver wat is het druk. Je moet echt door een vleesmassa heen wringen. En natuurlijk zit er altijd iemand aan je billen.' Irgend kon het niet laten op te merken dat José alleen daarom al naar Noorderzon kwam. De dames lachten en proosten. José nam het woord. 'Ik snap het niet, je maakt een slippertje, okee, welbewust. Je doet dat omdat je vent je laat stikken met alle troep. En als hij terugkomt is het eerste wat je doet uitgebreid vertellen wat en waar. Leg me nou es uit waarom je niet met een omhaal van woorden, wat rookgordijntjes zeg maar, de waarheid in het midden hebt gehouden?' Irgend schudde haar hoofd: 'Ja, jij zou het zo doen en kijk waar je staat. Vierenveertig en nog steeds single, en niet eens zo happy.' Even grijnsde José. 'Ik heb nooit de burgerlijke ambitie gehad me op te sluiten in zo'n buitenwijk. Laat mij maar in mijn binnenstadje zitten. Af en toe een minnaar en geen vast gedoe. Met rekenschap en verantwoording.'

De vier bierglazen stonden leeg tussen de dames in. 'Maar geef je mij nu de schuld? Ik heb je de opdracht niet gegeven, alleen de suggestie. Jij bent er zelf mee verder gegaan. En nu blijft hij weigeren om bij je te slapen? ' Irgend knikte, 'En nog erger, hij wil niet meer onder een dak leven met me, hij heeft de port-a-cabin ingenomen. Daar woont hij nu. Hij weigert ook maar een stap te zetten in het huis. Ik moet met de kinderen daar maar alvast in, terwijl er nog heel veel gedaan moet worden. Maar Freek heeft het zo bepaald.' Ze verzweeg dat ze opgelucht was dat hij niet haar uit het huis had geknikkerd. Het zou nu wel overwaaien met Freek. Binnen drie weken was alles weer normaal, dat wist Irgend zeker. 'José, hij zit in zijn port-a-cabin en tikt alleen maar op die laptop van hem. Als hij thuiskomt begint hij en gaat door tot middernacht. Hij negeert mij en de kinderen totaal. Dat baart mij wel zorgen.' Al was José elegant en verfijnd, als ze bier had gedronken dan liet ze alle decorum waaien. Met een luide boer onderbrak ze Irgend: 'Jouw vent is gewoon jaloers. Hij heeft een midlifecrisis, zou wel eens wat anders willen dan Irgend, krijgt dat niet voor elkaar en dan doe jij het wel. Ik zou ook in een tuinhuisje gaan zitten.' Met een hand pakte José de glazen op. 'Die neem ik mee als souvenir. Kom op we gaan. Jij moet nog een eind fietsen naar die suburb van je.' Gearmd liepen de twee vriendinnen op hun pumps en in hun gebloemd tuniekjes door de Noorderzonmassa. José kreunde zachtjes toen bij de kiosk een hand over linkerbil streek.

donderdag 19 augustus 2010

Freek en Irgend fietsen naar hun huis

'Freek loop niet zo hard.' Irgend strompelde op haar hakken over de keien van de Vismarkt. Ze kwamen uit het Portugese visrestaurantje. Hij was al bijna bij hun fietsen die met een ketting vaststonden aan een van de hekken aan de stille kant van het plein. In zijn jaszak zocht hij naar de sleutels. Terwijl hij klooide met sloten, gaf Irgend toe dat zij te ver was gegaan. Ze had hem niet moeten verwijten dat hij haar alles alleen liet opknappen. 'Je doet ook heel veel goed. Maar je bleef zo lang weg. En je liet niets van je horen.' Hij hield haar fiets aan het stuur vast zo dat zij kon opstappen. Het afneembare lampje had hij bevestigd aan de bagagedrager en flikkerde. 'Joh, zeg nou iets.' Ze moest hardtrappen om haar man bij te houden.

In het Stadspark hield Freek ineens zijn benen stil. De fiets zette hij tegen het monument van Scholten. Uit zijn zak viste hij een sigaret en stak hem op. Bezweet liet Irgend haar fiets tegen de zijne vallen. Ze ging naast hem staan. Hij pakte haar hand en bleef zwijgend staan roken. Irgend wachtte af. Ze dacht dat hij nu het verlossende woord zou gaan spreken. Hij moest reageren op wat zij gedaan had. Het was onvergeeflijk, maar ze vond dat ze een nieuwe kans moest krijgen. Tijdens het eten in de stad had ze het hem voorgelegd. Eerlijk had ze verteld hoe ze na een avondje stappen een man tegen gekomen was. Hoe hard ze het ook probeerde, ze kon zijn naam niet meer herinneren. Het was een avond geweest overgoten met drank. Al vanaf de middag had ze met José, een vriendin, op het terras gezeten, droge witte wijn. Ze had José verteld over hun onenigheid over het huis. 'Belachelijk hoe hij jou afbekt, het is toch ook zijn huis. Samen moet je dat uitzoeken. Het is een ouderwetse zak.' José had het niet zo op Freek. Toen ze begreep dat Freek plotseling op reis gegaan was en niets van zich liet horen, verklaarde ze dat Irgend niet zo behoudend moest doen. 'Als hij je in de steek laat, heb jij vrij spel.' Het klonk logisch, zeker met een fles wit achter de kiezen. Onder aanvoering van José hadden de dames de jacht geopend. Met resultaat. Het was allemaal heel snel gelopen.

'Dat je het deed in ons nieuwe huis is verraad. Dat kan ik je niet vergeven.' Zijn stem klonk resoluut. Welke consequentie zou hij trekken, dacht Irgend. 'Ik weet niet wat jij ervan denkt, maar ik zet voorlopig geen stap in dat huis.' Het verbaasde haar niets. Hij stapte weer op en wachtte nu op haar. Hij pakte haar uitgestoken hand. Hand in hand reden ze naar wat ooit hun huis moest gaan worden. Het fietslampje was gestopt met knipperen.

maandag 16 augustus 2010

Freek en Irgend, weer samen

Freek twijfelde. Hij reed voor zijn nieuwe woning langs, stopte. Ik kan nu uitstappen en doen alsof er niets is gebeurd, dacht hij. Maar die gedachte verwierp hij. Hij kon het niet maken om te doen alsof zijn neus bloedde. In zijn zak brandde het mobieltje waarin het sms'je zat dat hem had doen terugkeren uit Frankrijk. De tekst van Max had hem verontrust en tegelijkertijd op zijn gemak gesteld. Zodra hij het gelezen had, wist hij wat hem te doen stond. Terug naar Irgend voordat het uit de hand zou lopen. 'Kom op jongen,' Freek knikte tegen zijn evenbeeld in de achteruitkijkspiegel, 'je vrouw heeft je nodig.' Hij zette de wagen half op stoep en liep het modderige pad naar zijn huis op. Achter het huis zag hij Irgend zitten.'Daar ben je. Ik zat al te wachten.'

Freek knikte. 'Ik wist dat je hier zou zitten. Alleen hoop ik niet dat je vanochtend die fles hebt leeggedronken.' Met een sierlijke boog mikte Freek de wijnfles die naast Irgend stond in de vijver. Irgend keek hoe de fles dobberde op het water. 'Restant van een eenzame nacht.' Ze vertelde hoe ze hier onder haar fleece dekentje geslapen had. Met een glimlach hoorde Freek het aan. Typisch Irgend om in haar eentje naar de sterren te kijken. Hij had dezelfde sterren gezien tijdens zijn rit door de nacht. Als langgetrouwden kusten ze elkaar.

'En hoe nu verder?' Irgend had de vraag ook kunnen stellen. Ze keek Freek aan en knikte. 'Ja, ik en jij gaan gewoon verder. Verder waar we gebleven waren. Denk ik, en jij?' Freek zweeg. Hij liep naar de waterkant en keek hoe de fles langzaam vol water liep en wegzonk. Met wat steentjes mikte hij op het glas. Hij miste telkens. 'Ik weet niet meer waar gebleven zijn.' Op de sim-kaart van zijn mobiel stond de sms, met een paar toetsaanslagen kon hij het wissen. Ja of nee, dat was de keuze. De komende uren zouden beslissend zijn voor hun beider leven.

'ik moet nog boodschappen doen, knap jij je ondertussen op? Dan ga ik naar de winkel.' Irgend stond op, Freek draaide zich om. Even keken ze elkaar aan. Freek knikte en liep naar de port a cabin voor een douche. Hij hoorde hoe Irgend van het terrein afreed. Nu was hij alleen op de plek waar het was gebeurd. Hij voelde dat het ja werd, hij wilde er niet.

zondag 15 augustus 2010

Irgend in de steek gelaten

Irgend had al haar klusje in het nieuwe huis afgekregen. Tevreden liep ze rond. Het verfwerk zag er goed uit. In Freeks afwezigheid had ze alle slaapkamers van kleur voorzien. Morgen zouden de kinderen terugkomen van hun vakantie die zij doorbrachten bij hun vriendjes. Wanneer Freek zou thuis komen was haar onduidelijk. Ze had een ansichtkaart uit Antwerpen gekregen en wat sms'jes uit Frankrijk. Het was goed dat ze even zonder elkaar waren. De spanning dreigden hoog op te lopen. Freek had haar gezegd in bijna-ruzie dat hij zijn buik vol had van alle interieur-discussies. Hij wilde gewoon lekker wonen en verder niet. Voor hem was het VT-wonen gedoe niets. Om rust te krijgen hadden ze besloten deze zomer apart door te brengen. Irgend zou het huis doen en Freek zichzelf.

En nu was Irgend klaar en wilde eigenlijk niets liever dan het resultaat tonen aan haar man en kinderen. Ze tikte een sms op haar mobiel. 'Liefje, ben klaar. Kom je gauw terug, xxx I.' Ze aarzelde even voor ze het bericht verzond. Freek had op geen van haar tekstjes gereageerd. Zou hij nog boos zijn? Of zou hij, nee een ander daarvoor was ze niet bang. Dat zou Freek niet doen. Nee, dan zij zelf. Met schaamte dacht ze terug aan die avond een week eerder. Dat was een foutje. Kwam door de drank en door de zomerse avond. Gelukkig had hij niet meer gebeld. Toch voelde het niet goed. Zeker niet dat het in dit huis gebeurd was. Nog voor ze er zelf woonden had de woning al een geschiedenis.

Ze ging zitten in wat ooit de tuin moest gaan worden. Het flesje witte droge wijn was op voor ze er erg in had. Haar mobieltje zweeg. Geen Freek. Ook de kinderen lieten weinig van zich horen. Ze voelde zich alleen. Alsof ze een gescheiden vrouw was. De zon was allang onder. De nacht was gevallen en de Buitenhof werd stil. Vanuit het Stadspark hoorde ze het getrommel van de djembé-spelers. Optrekkende auto's en in de verte een sirene. Het was nacht en Irgend was alleen. Ze drukte haar hoofd in het kussen van de ligstoel. Het fleece dekentje trok ze over zich heen. Het mobieltje in haar hand zweeg nog steeds. Langzaam zakte ze weg in een diepe slaap.

Laat in de volgende ochtend werd ze wakker. De zonsondergang was in volle gang. Een beetje dauw hing nog in de lucht. Een koel briesje aaide over Irgend voorhoofd. De fles stond naast haar, het dekentje lag op de grond. Ze rekte zich uit en gaapte. Douchen en koffie, dat was wat ze nodig had. Even later zat ze met een verse espresso op een omgekeerde kratje te kijken naar de port a cabins, die binnenkort weggehaald werden. Ooit zou het hier mooi worden in deze tuin. Met z'n vijven. Ze checkte haar mobiel, Freek had een reactie gegeven. 'Ik kom terug, wacht op mij. F' Het bericht was bijna tien uur geleden verstuurd. Terwijl ze hem terugsms'te hoorde zij het bekende geluid van de Volvo. Ze dronk haar laatste restje koffie op en voelde hoe Freeks armen om haar middel gleden.

'Ik ben thuis, liefje, bij jou.'

De port-a-cabin bewees die ochtend zeer geluidsdicht te zijn.